Skip to main content

Mate araucano, mandalas en hazenpantoffels



Terwijl ik mijn handen warm aan een overheerlijke ‘mate araucano’ bereid met koffie van de zaden van de algarrobo-boom, staar ik naar buiten. Het zicht reikt vandaag niet verder dan vijf meter. De bergen zijn in de wolken gehuld. Het was dan ook hoog tijd dat de kou zijn intrek kwam nemen. De afgelopen dagen waren buitensporig mooi en warm. De avonden fris en gevuld met de geuren van de herfst. Een aantal lokalen warenreeds voorbereid op het ‘ergste’. Wollen muts op, handschoenen aan. De Cordobes heeft het erg snel koud...

Vanochtend kwamen de witte slierten als een vertraagde lawine over de toppen van de bergen van Achala rollen. Binnen een uur bevond ik me in een witte wolkenwereld. Het dorp en de rivier beneden me volledig onzichtbaar, de bergen zijn verdwenen alsof ze weg-gefotoshop-t zijn uit een landschapsfoto. De honden liggen, bij wijze van uitzondering, dicht tegen elkaar aan, elkaars warmte benuttend.

Al wekenlang lopen kinderen door de velden te struinen op zoek naar ‘leña’, brandhout voor de kachels. ‘Chilcas’ zijn het populairst. De hardhouten wortel van een struik die hier als een on-kruid wordt gezien. De meeste huishoudens maken gebruik van een ‘estufa’, een houtkachel. Een groot aantal dat hogerop in de bergen woont kookt, ook nog op hout. Vooralsnog lijkt er voor iedereen voldoende afvalhout te zijn. Er hoeft geen boom gekapt te worden zelfs, zoveel dood hout ligt er overal. Maar de cijfers over de bosstand van de provincie liegen er niet om. In honderd jaar is er nog maar 300 duizend hectare autochtoon bos over van de originele 13 miljoen hectare. Mijn houtvoorraad is voorlopig onuitputbaar. Het land ligt bezaaid met ‘chilcas’ en dode takken en stammen. Zelfs de arbeiders kunnen er van stoken.

Ik woon alweer bijna drie maanden in mijn ‘nieuwe’ huis op de berg. Sinds twee weken heb ik er een ‘kind’ bij, een 2 maanden oude Duitse Herder-pup, die me tot halve waanzin drijft omdat ze zo’n beetje al mijn broeken en truien van gaten heeft weten te voorzien. Een ‘bijtertje’ noemen we dat. Maar als ze me dan weer diep in de ogen kijkt, dan wil ik dat bolletje wol alleen nog maar knuffelen. Nut, zo heeft ze. ‘Godin van de Hemel’ in het Quechua. Ik noem haar Nuts. De hond des huizes, Uma, moet erg aan haar nieuwe zusje wennen, sterker nog, ze vliegt haar dagelijks in de haren. Uma heeft zich als een echte jaagster ontpopt en kwam een paar dagen geleden trots met een buitgemaakte –dode– haas aanzetten, die bijna net zo groot was als zijzelf. Ze leek er alleen geen raad mee te weten. Trekkend aan de pels, keek ze wanhopig naar me op met een vragende blik: Hoe kom ik bij het eetbare deel? Terwijl ik me al kokend het hoofd brak over hoe je een haas vilt – een stel warme winterpantoffels moest ik er toch uit kunnen halen – en hoe ik het vlees tot de volgende dag goed kon houden, verorberde Uma buiten in een noodtempo haar enorme buit. Later op de avond vond ik nog slechts een wollige voetje van het dier terug...


De dagen hier boven op de berg glijden voorbij. Met het opkomen van de zon begeef ik me naar de moestuin die ondertussen wat meer vorm heeft gekregen. Een composthoop is geïnstalleerd met een anti-hondconstructie eromheen van bamboe om te voorkomen dat er ’s nachts een feestje in wordt gebouwd. Mijn groene kolen groeien lustig en de eerste bonen beginnen nieuwsgierig uit de grond omhoog te komen. Een spontaan groeiende tomatenplant voorziet me dagelijks van één overheerlijke knalrode tomaat en de basilicumplant vergt het uiterste van zichzelf om in deze kouder wordende dagen nog een paar groene blaadjes per dag te produceren voor mijn verse ‘salade-uit-de-tuin’. En daarmee houdt de zelfvoorzienendheid voorlopig op. Toch worden de keren dat ik afdaal naar het dorp steeds zeldzamer. Brood maak ik weer zelf in de as van een kampvuur of – nu het weer kouder wordt – wanneer ik het douchewater verwarm in de as onder de tank. Een paar kilo bruine en zwarte bonen, kikkererwten, linzen, rijst, quinoa, volkorenmeel, (zoete) aardappelen, uien, wortels en pompoenen doen de rest van het werk. Ik laat mijn wensenlijstje met centjes achter bij señora Pilar van de kiosk beneden aan de weg en de groenteman brengt me wekelijks groente en fruit. In de natuur rondom het huis groeien veel kruiden weelderig, dus alle theetjes zijn vers-van-de-pers en goed voor lijf en leden!

De bodem hier is zeer rotsachtig. Een beetje aarde moet je met een loep zoeken. De bergen van Achala schijnen zo’n beetje de oudste van de wereld te zijn, en dat is te merken. De vele slagregens, elektrische stormen en zeer harde winden samen met de recente ontbossing zijn voldoende geweest om alle vruchtbare aarde met een vaartje naar het dal te doen spoelen en de rotsachtige bodem bloot te leggen.
Het aanleggen van een bio-intensieve moestuin was dan ook een uitdagend project. Het omspitten van de bedden deed me realiseren hoeveel spieren ik slechts zelden gebruik, maar uiteindelijk was daar de voldoening.... Nou ja. Totdat de eerste zwerm sprinkhanen vernam dat er een zee van verse groene blaadjes was gesignaleerd tussen de doorwinterde bomen en planten voorzien van stekels en harde, taaie blaadjes. Maar die moesten het ook alweer snel opgeven, want daar was mijn redding: de kou. De sprinkhanen trokken zich terug, de plantjes gingen onder plastic en iedereen weer helemaal gelukkig.

De rest van de tijd breng ik door met op vier hectare land passen. En da’s best een karweitje. Snoeien, zaaien, kruiden drogen. De honden (op)voeden. Waterpompen aan de gang houden, de tuin van water voorzien (deels irrigatiesysteem) en de werkzaamheden aan het ‘centro de sanacion’, een prachtige constructie die wordt gebouwd van gestampte aarde en met een ‘levend’ dak, in goede banen leiden wanneer Eduardo, de eigenaar, er niet is.


Een week geleden zijn de ‘chicos’, de bouwmannen, begonnen met het dak. De constructie moet van goede huize komen want het ‘levend’ grasdak zal met regenwater meegerekend tot vijftienduizend kilo kunnen wegen! Een deel van de ramen, zeven stuks, zijn beschilderd met Tibetaanse ‘mandalas’. Wanneer het licht door de mandala valt, activeert het de energie van desbetreffend chakra. Een energie die helpt om chakras te openen en blokkades te genezen. Met het voltooien van de bouw zal het centrum worden opengesteld voor iedereen die wil mediteren, genezen, kennismaken, ontspannen en leren....


Verder ga ik in juli met een klein herbebossingsproject van start, met het idee zoveel mogelijk autochtone jonge bomen te planten en te zaaien op het land. Al maanden verzamel ik van bomen de zaden, om ze later in potten of in een aarden balletje gerold – techniek die door de fameuze Japanner Fukuoka is bedacht – direct te zaaien. Ook willen we proberen o.a. olijfbomen, druiven, fruitbomen en walnootbomen te planten om eigen productie te krijgen. Het wordt best spannend, want in augustus teisteren de harde winden de zone. En of de tienerbomen dat na een maand al aan gaan kunnen, is de vraag...

Op de lijn hangt de wol van een geschoren schaap te drogen. Gewassen en wel, fris riekend naar oma’s zeep. Met een mes bewerk ik een lat om tot stok. Nuts springt vrolijk achter de houtsplinters aan. Een baksteen beitel ik om tot ronde steen met gat erin. Tevreden kijk ik naar mijn huis-tuin-en-keuken-spin-stok. Na een uur heb ik al een aardig bolletje geweven. Voor het kleuren van de wol worden hier nog planten gebruikt. De romerillo, een wilde rozemarijnvariant zorgt voor een gele kleur. De parasiet die de cactus beneden aan de weg het leven zuur maakt is de cochinilla, goed voor een prachtige violet-rode kleur. Om geen plantmateriaal te verspillen, komen we zaterdag met een groep spinnsters en weefsters bij elkaar om de wol in grote pannen op houtvuur gezamenlijk te kleuren..... onder het genot van mate natuurlijk en een stuk huisgemaakte cake!


Stiekem begint mijn leven hier vorm te krijgen. Ik werk soms in de natuurwinkel van Vanesa en Federico en dus is mijn gezicht een ‘bekend’ gezicht aan het worden. Na een paar gezellige mate-bijeenkomsten is er sinds zaterdag ook een kleine boerenmarkt in het dorp, een uitstekende gelegenheid om iedereen te ontmoeten en bij te kletsen onder het genot van wederom, een Argentijnse mate! En om wat bij te verdienen natuurlijk. Misschien moet ik er maar met stroopwafels gaan staan! Ik heb zo’n prachtige grote rieten mand gevonden en ben nu nog op zoek naar een ezel, of een fiets. En een stroopwafelijzer....!

Het allerbelangrijkste moest blijkbaar toch tot het laatste wachten. Ik heb het reizen begeleiden in februari aan de wilgen gehangen en ben naar Cordoba gekomen om tijd te besteden aan een interesse die ik al jaren heb: plantenleer en sjamanisme. Ik ben een studie ‘Fitoterapia y Medicina Aborigen’ begonnen in het noorden van de provincie Cordoba. De leraar is een intrigerende persoonlijkheid die in de leer is geweest bij een Boliviaanse indiaanse gemeenschap, de Kallawayas. Een uitermate interessante ontdekkingstocht door de plantenwereld op basis van observatie.
Daarnaast ben ik aan de studie via een bijzonder instituut in New Mexico in de U.S. of A. om de ‘Medicine Woman Herbal Path’ te volgen. Vrouwen hebben een aangeboren connectie met de plantenwereld die velen van ons ‘verliezen’. Anima Center (www.anima.center.org) richt zich op vrouwen (en mannen) die hun relatie met de natuur willen herstellen. In deze wereld van emancipatie en carrières een verademend initiatief!

Ik stuur jullie vanachter mijn computertje een herfstachtige, gure maar zeer warme omhelzing en.....wens jullie allen een goede lente- en zomeroogst!


Voor diegenen die dat leuk vinden – ik in ieder geval zeker! – ik heb een postadres in het dorp! Stuur je kaarten, brieven, pakketjes (tijdschriften, zaden (!), stroopwafels, dropjes en bruine boterhammen oude kaas...hihi) naar:
Sra. Marleen Meulenberg
5885 Los Hornillos
Ruta 14 s/n
Dpto. San Javier
Prov. De Cordoba
ARGENTINA

Comments

Marta Ficarra said…
hermana, no entiendo un carajo... pero lo importante es QUE TE VES LINDAAAAAAAAAAAAAAA!!! te quiero.
Unknown said…
Dag muizeke , het gaat je precies goed ! eindelijk je stekje gevonden naar lang zoeken, je straalt er door! houden zo !
Anonymous said…
Hola Marleen!

Que tal?

Dus, je woont nu in Argentinie.
Zo te lezen heb je het daar wel naar je zin en ben je weer met een heleboel dingen bezig.

Super. Nu nog de liefde? De Argentijnse mannen zijn in ieder geval erg mooi.

Ik ga weer naar Peru voor 3 weken.
Latijns-Amerika heeft me nog steeds te pakken.
Lekker hiken en nog onbekende plekjes bezoeken.

Groetjes van Alja, groep ABC juli 2008
Unknown said…
Hola Marleen, no entiendo absolutamente nada de lo que esbribes en tu blog pero me alegra verte feliz, te dejo un enorme abrazo y estamos en contacto :)

Besos

Ale

Popular posts from this blog

Negen jaar later

'Net als in de film' zong Toontje lager. 'Nine years later' verschijnt op het bioscoopscherm en de film maakt een bewuste sprong in de tijd. Ik zag mijn sprong niet aankomen. Wel waren het negen mooie, intense jaren waarin er tijd noch ruimte leek te zijn voor schrijven en het delen van mijn ervaringen op de sociale media. Ik kon het alleen maar be-leven.  Vandaag, nieuwsgierig naar mijn 'oude' verhalen, las ik over mezelf in andere tijden en gleed er een glimlach over mijn gezicht. Hoe mooi waren die jaren van rondreizen en ontdekken en ongekende vrijheid. Vandaag woon ik weer terug in mijn ouderlijk dorp. Verrijkt met een 'grote' liefde, een thuis in de bergen en de komst van twee lieve, prachtige dochters die mijn eindeloze inspiratie en leerschool zijn. Getekend door het verlies van een  'compa ñ ero'  en vader en het achterlaten van een land dat me zo dierbaar is.  Samen met mijn meiden leerde ik Nederland opnieuw kennen. Vanuit die wieg van...

Magische kruidenbrouwsels, Nederlandse invloeden en de eerste nachtvorst

De winter is net een dag begonnen en het ijs staat hier op de droge vegetatie. 't Is fris vanochtend. Maar na de gure nattigheid is het heerlijk om de hemel weer kraakhelder te zien vandaag. Terwijl de laatste sterren verdwijnen achter het blauwe ochtendlicht en de maan getaag haar weg vervolgd naar de andere einder, word de wereld hier langzaam wakker. Het valt niet mee om vroeg op te staan. Het is lang donker en het bedje is heerlijk warm. Een koude douche neem ik al een paar weken niet meer 's ochtends, maar zelfs het water in mijn gezicht voelt ijzig aan. Ik kan geen droog hout vinden en besluit mijn ochtendmeditatie dan maar met een trui extra aan te doen. Ik slurp van mijn bakje dagelijkse thee gemaakt van 'carqueja', een wonderbaarlijk kruid waar ik het komende jaar vrienden mee moet zien te worden. Geen makkelijke taak, want mijn gehemelte staat stijf van de bitterheid die zich aan haar vastklampt en zelfs met slikken blijf die diepe smaak in de mond hangen. Het...